Strân: ferskil tusken ferzjes
fan nl: |
(Gjin ferskil)
|
De ferzje fan 28 apr 2011 om 17.14
In strân is in stripe lân mei in bytsje of gjin fegetaasje bylâns it wetter (in see, oseaan of in mar). In strân rint nei de see ta nei ûnderen en giet oer yn de sseboaiem.
Meastentiids bestiet in strân út benammen sân (sânstrân), soms út benammen keizels (keizelstrân) of skulpen (skulpestrân). Sommige strannen besteane út fulkanysk s6a en binne swart fan kleur. Een strand is weinig of niet begroeid, hoewel op rustige stranden, zoals op het eilân Schiermonnikoog en bij Nieuwvliet in Zeeuws-Vlaanderen er lokaal wel wat zoutminnende planten groeien, en wat helmgras. Soms worden ook eventueel aanwezige dunen tot het strand gerekend. Een kuststrook die uit vaster materiaal bestaat, zoals rotsen, of begroeid is, wordt vaak oever genoemd.
Een strand langs een zee of oceaan loopt (deels) onder water als het vloed is. Meestal blijft een groot deel van het strand droog, maar bij uitzonderlijke omstandigheden (springvloed, aanlandige wind) kan het hele strand onderlopen. De bovengrens van het strand (waar de begroeiing begint) geeft dus tevens aan hoe ver het water kan komen.
Op een strand langs een zee of oceaan treft men in het algemeen zeewier, schelpen en kwallen aan. Ook spoelen veel dingen aan, zoals wrakhout, afval, dingen die van schepen afgevallen zijn. Strandjutters zijn op zoek naar waardevolle dingen die op het strand te vinden zijn. Vroeger (Middeleeuwen) bestond het strandrecht: het recht van de landsheer of de lokale bevolking op alles wat op het strand aanspoelde. Tegenwoordig blijft in de meeste westerse landen dat wat aanspoelt van de rechthebbende (veelal de eigenaar).
Een strand wordt vaak gebruikt als recreatiegebied, met name in de zomer. Men kan dan op het strand zonnebaden, zwemmen in de zee of het meer, zandkastelen bouwen, etc. Zeilwagenrijden en strandvolleybal zijn typische strandsporten. In de herfst gaat men naar het strand om uit te waaien. Er zijn vele badplaatsen.
Kinderen spelen graag op het strand met schepjes en emmertjes, ze graven kanalen, spelen voetbal, of graven elkaar of hun ouders in. De zorgeloosheid op het strand maakt dat ouders er graag met hun kinderen naar toe gaan.
Om ervoor te zorgen dat alle activiteiten op het strand veilig verlopen stellen strandgemeenten vaak vrijwillige reddingsbrigades of betaalde strandwachten om toezicht te houden. Deze hulpverleners houden zich niet uitsluitend bezig met toezicht en EHBO, ze zijn ook altijd aan te spreken voor voorlichting en helpen kinderen die hun ouders kwijt zijn en andersom. Een strand dat voldoet aan bepaalde criteria betreffende het milieu en veiligheid kunnen een Blauwe Vlag hebben.
Omdat er 's zomers vaak verkeersopstoppingen op de routes naar het strand zijn leggen sommige grote steden als Parijs, Brussel en Amsterdam sinds een paar jaar tijdelijke stadsstranden aan.
Een strand met een azuurblauwe zee, wit zand en palmbomen wordt ook wel een Bountystrand genoemd.
Fotogalerij
-
Strân yn Blankenberge yn 1900.
-
Strân yn Scheveningen yn 1900.
-
Strân op Jamaica.
-
Strân yn Tailân.
-
Strân op Nij-Seelân
-
Strân yn Tailân
-
Strân fan de Msasani Baai, Dar es Salaam, Tanzania
Panorama
Lokaasje-oantsjutting
Foar in lokaasje-oantsjutting op in Nederlânsk strân binne der as systemen:
- geografyske koördinaten
- kilometerpeallen: in iendiminsjonaal systeem (ôfstân lâns de kust fan it nulpunt ôf), tanimmend nei it suden. Sa is bygelyks de lokaasje fan de Scheveningske pier yn dit systeem 99,45.[1]
- ôfstân en rjochting t.o.f. in tichtbylizzend referinsjepunt, faak in strânopgong
Boarnen, noaten en/as referinsjes: | ||
|